maandag 5 maart 2012

Hebt u last van sproeten?

Marjolijn Februari mengt zich vaak op een ietwat omfloerste, afstandelijke manier in het publieke debat. Op maandag 27 februari 2012 was ze in haar column in NRC voor haar doen erg duidelijk. Ze noemde niet de laatste NRC-column van Youp van 't Hek. Verwees niet naar andere journalisten en hoofdredacteuren. Ze verwees ook niet naar het boek Weten is meer dan meten van journalist Tobias Reijngoud. Dat had allemaal gekund maar ze deed dat niet. Kon niet weten wat BB in het Hollands Maandblad zou schrijven.

Pippi Langkous
Ze heeft het wel over Pippi Langkous. Althans, in het begin van haar column. Ze schetst de scène waarin Pippi een winkel binnenloopt en 'Nee!' uitroept. Waarop de mevrouw van de kassa uitroept waarom ze dat doet. Waarop Pippi zegt dat er een bord in de etalage staat met daarop de tekst 'Hebt u last van sproeten?' Dan bemerkt de aardige mevrouw dat Pippi vol sproeten staat. En dan - clou van het verhaal - merkt Pippi nogmaals op dat ze er geen last van heeft.

Uitlokken
Bij die houding sluit Marjolein zich aan. Er zijn in je leven of de samenleving altijd zaken die niet kloppen, die je anders zou willen zien of domweg weg wensen. De houding dat je daar dan over gaat zitten 'zeiken', klagen of je boos maken is niet Marjoleins cup of tea. En ze wenst dat velen zich op dat standpunt zouden stellen. Of dat journalisten en hoofdredacteuren van kwaliteitskranten meer dat pad zouden bewandelen. Minder zuigen, zeuren, klagen. Ruimte bieden aan mensen die daar ziekelijk mee behept zijn. Die meer van het gedoe als de inhoud houden. Die gaan voor de korte quote. Beledigingen uitlokken. Vuurtjes opstoken. En hun oude taak om hun achterban 'bij te praten' verwaarlozen. In de veronderstelling dat ze doen wat hun achterban wil. Waarschijnlijk aangestuurd door marktonderzoek. Hun publiek bloemkolen voorschotelen omdat ze menen te weten dat men die blieft (dit vrij naar John de Mol).

De Langkousanalyse kwam in me op toen ik de discussies volgde over hijgerigheid in de pers en de politiek. Nadenkend over het gedrag van al die mensen die 'de media' heten, realiseerde ik me dat die media hun publiek tegenwoordig vreselijk zeurderig en ontevreden inschatten. Je zou zeggen dat dat kijkers en lezers niet van ieder wissewasje last hebben en dan bediend willen worden, maar de media wringen zich in bochten om ze in alles ter wille te zijn. Niet altijd tot genoegen van die kijkers en lezers zelf. Je stelt het nu eenmaal niet op prijs dat iemand sproetenzalf voor je koopt, om die rare analogie voor de laatste keer te gebruiken, als je zelf trots bent op je sproeten.

BB
Historicus, uitgever en boekhandelaar Bastiaan Bommeljé zal met instemming de column van Marjolein Februari hebben gelezen. In het voorwoord van het maartnummer van (zijn) Hollands Maandblad haalt hij (voor de zoveelste keer) ongenadig uit richting die zogenaamde elite die haar taak verzaakt. Toen en nu.

Deze maand was een maand vol kennisverwerving. Zo leerde ik dat er tijdens de vorstperiode in de landelijke kranten meer dan 400 artikelen te lezen waren over de Elfstedentocht terwijl er niet één artikel was te lezen over de honderden openbare bibliotheken die worden gesloten (en nooit meer terugkomen). Tevens leerde ik dat aan de Nederlandse universiteiten elk jaar bijna 1300 masters afstuderen in 'Communicatie'. In dezelfde tijdspanne kwamen er zo'n 250 universitaire elektrotechnici bij ... en niet één Sanskritist.
Dat hier een diepe cultuurhistorische samenhang valt te ontdekken, lijkt me evident. Eerst dienen we echter onder ogen te zien dat er in deze eeuw dus meer dan 15.000 academische communicatiedeskundigen zijn bijgekomen, en dan tellen we de 24.000 communicatiedeskundigen op HBO-niveau nog niet mee.

Hij sluit als volgt af:
Natuurlijk, wij kunnen de hakken in het zand zetten. U kunt zelfs aan uw geweten vragen: hoeveel abonnementen op Hollands Maandblad heb ik deze maand al geschonken aan laaggeletterde jongeren? Maar iets zegt mij dat het schemerduister van deze tijd pas zal opklaren als het besef doorbreekt dat één Sankritist belangrijke ris voor de samenleving dan 40.000 communicatiedeskundigen.

Opmerkelijk is hier vooral ook het woord laaggeletterd. Zo beziet hij het gros van onze hoogopgeleide jeugd. Ze hebben een papiertje dat zegt dat ze dat zijn - hoogopgeleid -  maar Bastiaan weet beter. Het gros van hen is laaggeletterd. Hebben té weinig boeken gelezen die er toe doen. Vaardigheden en genoeg competenties verworven,  een prachtige portfolio maar in het symbolische rugzakje zit feitelijk weinig bagage.

Weten is meer dan meten
Rob Riemen - van het Nexus-instituut - zegt in het boek Weten is meer dan meten in wezen hetzelfde. Alleen op een andere manier. Met andere voorbeelden en argumenten. De zogenaamde elite van dit land verzaakt haar taak. In het hoofdstuk De geboorte van de gemaksmens en het verraad van de elite pakt Tobias Reijngoud een interview met Rob Riemen en de inhoud van diens boeken Adel van de geest en De eeuwige terugkeer van het fascisme in tien pagina's prachtig samen.

We hebben vandaag te maken met een beschavingscrisis. Beschaving is maar een heel dun vernislaagje dat het gewelddadige beest in de mens bedekt. Op het moment dat we de absolute, geestelijke waarden vergeten, verdwijnt het laagje vernis en rest ons niets anders dan het najagen van onze driften. Zoals een dier dat doet. ()

Maar vrijheid komt met verantwoordelijkheid. Wie zegt: ik ben vrij, zegt ook: ik ben verantwoordelijk. Gelijktijdig met de opkomst van de individuele vrijheid ontstaat  een angst voor de verantwoordelijkheid die vrijheid met zich meebrengt. Werkelijke vrijheid is vrijheid van geest. Werkelijke vrijheid betekent: vrij zijn van het najagen van begeerten en behoeftes, geen slaaf zijn van je driften. Het betekent de overwinning van de fysieke, dierlijke kanten van de dualistische mens. Maar geestelijke vrijheid komt je niet zomaar aanwaaien. Het kost moeite en tijd, het vergt inspanning en studie, het vraagt verantwoordelijkheid. Dat schrikt af. En zo ontstaat angst voor de vrijheid en voor we het weten krijgt vrijheid een gemakkelijke vorm : een fysieke vrijheid. ()

Maar in de moderne, nihilistische maatschappij waarin geestelijke waarden hen betekenis hebben verloren, is het gelijkheidsideaal geperverteerd tot de gedachte dat alles voor iedereen bereikbaar en toegankelijk moet zijn. Zo ontstaat de massamaatschappij waarin iedereen hetzelfde wil hebben als ieder ander.
In zo'n maatschappelijke omgeving zien we een voortdurende tendens naar het laagste punt. Alles wat moeilijk is - geestelijke ontwikkeling - wordt als antidemocratisch gekenmerkt omdat het niet direct en zonder inspanning bereikbaar en begrijpbaar is voor de massa. Geestelijke ontwikkeling vergt inspanning en is alleen daarom al verdacht. Zo wordt de gemaksmens geboren. De gemaksmens gedraagt zich als een verwend kind dat zijn behoeftes en begeerten direct en zonder inspanning bevredigd wil zien.
Voor hem is de vrijheid verworden tot het najagen van het gemakkelijke, zijn begeerten. Het belang van geestelijke ontwikkeling en echte vrijheid wordt vergeten, ja, is zelfs afkeurenswaardig en verdacht, want antidemocratisch. Dit is de paradox van het democratische tijdperk zoals dat vanaf de negentiende eeuw langzaam vorm kreeg. Eindelijk wisten de samenleving  en de mens zich te bevrijden van het juk van kerk, aristocratie en feodalisme, om zich vervolgens te laten knechten door de eigen begeerten en platte genoegens.


Rob Riemen krijgt vaak opvallend harde kritiek van mensen die in de betere kwaliteitskranten en bladen schrijven. Ze vinden het maar niets dat hij voorzichtig aangeeft dat de tendens die hij waarneemt raakvlakken heeft met de periode in de jaren twintig en dertig toen het fascisme opkwam. Ook vinden ze het maar niets dat hij het durft hen te beschuldigen van het verzaken van hun taak. Terwijl ze toch moeten of kunnen weten dat (kwaliteits-)kranten, tijdschriften en andere media waarvoor ze zelf werken zich op een hellend vlak bevinden. 

In het boek van Tobias Reijngoud komen andere geïnterviewden vaak tot dezelfde  conclusie als Rob Riemen hieronder verwoordt:

In de massamaatschappij van vandaag heeft 'vrijheid' een perverse, fysieke, materialistische vorm aangenomen. 'Vrijheid' wordt vertaald als de vrijheid om te kopen, te consumeren en te genieten van de genoegens van het leven. In plaats van het besef dat het ook verantwoordelijkheid met zich meebrengt, wordt 'vrijheid' eerder vertaald als het 'vrij zijn van verantwoordelijkheid'.
Voor de hedendaagse gemaksmens moet het leven eenvoudig en overvloedig zijn. Hij is afkerig van geestelijke inspanningen. Dat is het karakter van de beschavingscrisis van vandaag, een crisis die ten grondslag ligt aan alle andere grote, actuele vraagstukken van milieu- en klimaatcrisis (gevolg van overvloedig consumeren) tot krediet- en economische crisis (gevolg van het blind najagen van bonussen en financieel gewin). Het blind najagen van begeerten is een vorm van geweld.

De Applestore
Op zaterdag 4 maart werd in Amsterdam een winkel geopend. Niet zomaar een winkel, nee een flagstore van een ICT-bedrijf. Deze opening trekt onwaarschijnlijk veel media-aandacht. Niet alleen nu. Maar feitelijk al jaren op rij weet Apple op zich redelijk slimme mediamensen voor haar karretje te spannen. Free publicity voor een gadget. De stortvloed aan media-exposure levert vaak een Droste-effect op. Kranten waarin geschreven wordt over kranten of tv-programa's waarin ingegaan wordt op redacties die 'iets' met de lancering van een Apple-speeltje doen.

Verzaken door kranten
De tendens dat op zich redelijk slimme mensen in hun kranten, tijdschriften, radio- en tv-programma's tijd en ruimte inruimen voor dingen die het leven 'leuk' maken neemt almaar toe. De relatief jonge en nieuwe hoofdredacteuren van De Volkskrant en NRC Handelsblad hebben deze tendens nog meer in die richting bijgebogen. Veel artikelen over spullen. Lollige columns. Zeer korte items over ... niets. Rubriekjes waarin mensen worden afgezeken. Meegaan in de trend om naar andere mediavormen te kijken, daarop te reageren. Incidenten opblazen waardoor ze belangrijk lijken. Paginalang aandacht besteden aan op zich niet relevante zaken. En dat alles opgepimpt met steeds grotere foto's en veel wit. Leve ons consumptieparadijs. Ruim baan voor de designpolitie.
Gelukkig staan er nog steeds relevante artikelen in; waarin redacteuren en gastschrijvers pogen zaken te duiden.En trekt meneer Vandermeersch van de NRC het land in om verantwoording af te leggen.

Meneer van der Dunk, H.W.
Op zaterdag 7 januari 2012 publiceerde De Volkskrant een ingezonden brief van de historicus H.W. van der Dunk (er is ook een Thomas, zijn zoon, ook historicus). Hij mengt zich in een discussie of een historicus mee mag doen aan het mediacircus, waarin dagelijks deskundigen worden 'ingevlogen' (ook historici, denk aan Maarten van Rossem). Uit die brief onderstaand citaat:

Lekker leven met soma
Toch is er terdege iets veranderd.
De spagaat is veel groter geworden. Dat is het gevolg van, ten eerste, de verdringing van de erudiete leesgierige burger door de aan de media verslaafde consument. Die krijgt een menu van gemakkelijk te behappen kennis in de verpakking van entertainment aangeboden. Een mix die neerkomt op culturele uitverkoop. Ten tweede, een maatschappij die als enige godheid de kwantiteit en het getal kent en, in direct verband daarmee, ten derde, de terreur van markt en reclame.
Die drie factoren verleiden uitgevers en kranten, bij hun overlevingsstrijd tegen de digitale invasie tot bestsellers en de media, tot namen die garant staan voor hoge kijk- of bezoekerscijfers.

In control?
Pieter Geenen pakt (zoals zo vaak) in zijn cartoon alle hectiek van de laatste weken mooi samen. Wekenlang ging het 'debat' over futiele zaken. Werd er oneindig veel over geschreven, gepraat, getweet. Terwijl in diezelfde periode redacties van vele kranten, tijdschriften of tv-rubrieken het boek van Tobias Reijngoud centraal hadden kunnen stellen. Onderwerpen aansnijden die voor de toekomst van ons land veel belangrijker zijn. Zaken die niet in enkele regels zijn af te doen. Waar gezocht zal moeten worden naar compromissen. Richting achterbannen uitgelegd zal moeten worden dat ons 'leuke' leventje (bijna) voorbij is. Bovenal zal door een elite (onze?) moeten worden uitgelegd dat we op veel terreinen niet in control zijn.

Aanvulling op woensdagavond 7 maart 2012
Henk Hofland gaat in zijn wekelijkse NRC-column in op de onderwijsstaking van dinsdag 6 maart. De titel Opmars der analfabeten spreekt voor zich. En bevat voor iedereen die Hofland 'volgt' weinig verrassingen. Zijn beeld van de gletsjer die onze samenleving is binnengegleden (de achteruitgang van het onderwijsniveau, sinds eind jaren zestig) komt ook even voorbij. Maar zoals zo vaak kan hij in enkele zinnen samenvatten wat anderen in veel meer woorden proberen 'te pakken'. Van leuker leer je niets. Krijg je niet meer control.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten